Wat is circulaire economie?
In een circulaire economie gaan we veel slimmer om met onze grondstoffen. We gebruiken en verbruiken zo min mogelijk grondstoffen en gaan grondstoffen maximaal hergebruiken. Er worden producten ontwikkeld die zuiniger zijn en we vinden nieuwe, slimme manieren om ze te produceren. Daarna gaan we slimmer met ze om, door ze te delen en door te geven. Kortom, we gaan efficiënter om met grondstoffen; producten worden efficiënter ontworpen en materialen zoveel mogelijk hergebruikt. In een circulaire economie stappen we af van de lijn ‘produceren, consumeren en daarna weggooien’. We streven ernaar de cirkel zoveel mogelijk rond te maken zodat we kunnen voorzien in behoeften zonder onaanvaardbare milieudruk en zonder uitputting van natuurlijke hulpbronnen.

Waarom gaan we aan de slag met circulaire economie?
• Omdat de primaire grondstoffen (de grondstoffen die de mens delft zoals ertsen) eindig zijn. We gebruiken nu meer grondstoffen dan de aarde ons jaarlijks levert. De vraag naar grondstoffen zal verder toenemen als gevolg van de mondiale bevolkingsgroei (van ruim 7 naar 9 à 10 miljard wereldburgers in 2050), de snelgroeiende middenklasse in opkomende economieën en de toepassing van nieuwe technologieën waarvoor specifieke grondstoffen nodig zijn.
• Klimaat. Door het winnen van grondstoffen en de vervaardiging van producten komt CO2 vrij. In het Nationale Klimaatakkoord zijn afspraken gemaakt over de beperking van CO2-uitstoot. Door materiaalkringlopen kan er op een duurzamere manier geproduceerd worden. Op de schaal van Nederland verwacht men 10% CO2- besparing door een circulaire economie.
• Afhankelijkheid van andere landen. Nederland en Europa zijn in hoge mate grondstofafhankelijk van derde landen. Van de 54 kritieke materialen voor Europa, moet 90 procent worden geïmporteerd, vooral uit China

Wat kan ik zelf doen voor een circulaire economie?
Biomassa en voedsel
Tip 1: minder vlees eten
Voor de productie van vlees zijn veel grondstoffen nodig, zoals voer, water, kunstmest en brandstof. Voor 1 kilo vlees is gemiddeld 5 kilo plantaardig materiaal nodig is. Het is dus beter om dat plantaardige materiaal zelf op te eten en minder vlees te eten.

Tip 2: voorkom voedselverspilling
Gemiddeld gooien we jaarlijks ruim 40 kg goed eten per inwoner weg. Dat kost elke Nederlander ruim 140 euro per jaar. Dan zijn vloeistoffen zoals koffie en melk die via de gootsteen verdwijnen nog niet mee gerekend. Alle energie en grondstoffen die nodig waren om de etenswaren te telen, vervoeren, koelen en eventueel te bewerken en verpakken gaan hiermee ook verloren. Voorkom voedselverspilling door bewust te kopen (check je voorraad, maak een boodschappenlijstje), op maat te koken, eventuele restjes te bewaren in de vriezer of voor een prakje en je zintuigen te gebruiken als de THT-datum is bereikt.

Bouwen
Tip 1: gebruik duurzame materialen
Particuliere verbouwingen leveren jaarlijks 41 kg bouw- en sloopafval op per persoon. Ga je verbouwen, kies dan voor duurzame materialen. En kijk ook eens naar tweedehands of gebruikte bouwmaterialen, daar is een levendige handel in. Probeer goed in te schatten hoeveel materiaal je nodig hebt, zodat je niks overhoudt.
Tip 2: geef je bouwmateriaal een tweede leven
Ben je klaar met de verbouwing, kijk dan of je oude materialen of materialen die je over hebt, kunt gebruiken voor wat anders. Maak bijvoorbeeld van je houten vloer een nieuwe tafel. Of verkoop het/geef het weg. Als je je bouw- en sloopafval naar de milieustraat brengt, gooi de materialen dan gescheiden in de juiste bakken.

Consumptiegoederen
Tip 1: deel je spullen
Wanneer je samen doet met spullen zoals een partytent, hogedrukspuit, auto of bakfiets scheelt dat voor het milieu en in je portemonnee. Er hoeven minder spullen gemaakt te worden en er wordt minder weggegooid. Online platforms maken het makkelijker om elkaar te vinden voor ruilen, huren, delen of gezamenlijke inkoop.

Tip 2: koop tweedehands
Tweedehands artikelen kunnen een flinke milieuwinst opleveren. Het verlengen van de levensduur spaart namelijk grondstoffen, energie en afval. Gebruik je een product maar kort, zoals babykleding? Of is het onverslijtbaar, zoals een partij tuintegels? Dan loont het zeker om het tweedehands aan te schaffen en het na gebruik weer door te verkopen. Uitzondering hierop zijn vriezers, koelkasten en drogers: nieuwe zijn vaak zuiniger dan drogers, vriezers en koelkasten van 8 jaar of ouder.

Kunststoffen
Tip 1: neem je eigen tas en waterfles mee
Ondanks het verbod op gratis plastic tasjes gebruiken we toch nog meer dan 50 plastic tassen per jaar. Als je altijd een (opvouwbare) tas bij je hebt, hoef je nooit meer een tasje aan te nemen. Sla ook gratis papieren tassen af: die belasten het milieu net zo veel of zelfs meer dan plastic. Wist je dat er per dag 800.000 plastic waterflesjes verkocht worden? Kraanwater is ook nog eens 500x goedkoper dan verpakt water.

Tip 2: lever plastic verpakkingen gescheiden in
In de meeste gemeenten kun je plastic verpakkingen, samen met metalen en drinkpakken, gescheiden inleveren. Nu wordt zo’n 40% gerecycled en gebruikt als grondstof voor nieuwe producten. Maar heel veel plastic verpakkingen (12 kilo per persoon per jaar) belanden nog in het restafval, worden verbrand, en gaan zo verloren voor hergebruik. Gooi je plastic verpakking dus altijd gescheiden weg. Kijk op de afvalscheidingswijzer als je niet zeker weet wat je waar moet weggooien.

Maakindustrie
Tip 1: lever je oude mobieltje in
In 1000 kilo mobiele telefoons (zonder batterijen) zit 140 kilogram koper, 3,14 kilogram zilver, 300 gram goud, 130 gram palladium en 3 gram platina. In 200 mobieltjes zit genoeg goud voor één trouwring. Het is belangrijk om dergelijke kostbare grondstoffen in de kringloop te houden. Niet alleen voor het geld, maar ook omdat het om conflictmineralen1 kan gaan, zoals kobalt. Ook als het niet om conflictmineralen gaat, gaat de winning van delfstoffen gepaard met milieuproblemen.

Tip 2: repareer je spullen
Goed onderhoud en reparatie verlengen de gebruiksduur van producten. Nederlanders gooien jaarlijks meer dan 100 miljoen kleine apparaten, zoals een koffieapparaat of smartphone weg. Een aanzienlijk deel daarvan had gerepareerd kunnen worden. Uit de Reparatiemonitor van de Repair Cafés blijkt dat 65% procent van de binnengebrachte apparaten goed gerepareerd is. Wanneer dat niet het geval is, is dat meestal omdat onderdelen niet verkrijgbaar zijn of omdat een product niet goed kan worden gedemonteerd.