Wat is klimaat?
Het klimaat is het weer in een gebied over een langere periode (dertig jaar).
De temperatuur, windsnelheid, vochtigheid, luchtdruk, bewolking, neerslag en de seizoenen hebben invloed op het klimaat.

Klimaat is iets anders dan het weer. Klimaat gaat over de lange termijn. Het weer gaat over vandaag of morgen. Het weer is grillig en moeilijk te voorspellen, terwijl in het klimaat patronen zichtbaar zijn. Soms is het ene jaar iets kouder dan het andere, maar kijk je naar een reeks van jaren dan zie je dat de temperatuur steeds meer en steeds sneller stijgt. De hete zomers van 2018 en 2019 staat bijvoorbeeld niet op zichzelf: elk decennium is opnieuw warmer dan het vorige. Het wordt dus steeds warmer in Nederland.

Wat is klimaatverandering?
Het klimaat verandert doordat er steeds meer broeikasgassen in de lucht komen. Daardoor stijgt de temperatuur en warmt de aarde op. De temperatuur stijgt de laatste decennia bovendien steeds sneller. Klimaatverandering is daardoor meer en meer voelbaar. Ook in Nederland.
Een versterkt broeikaseffect wordt veroorzaakt doordat er meer broeikasgassen zoals CO2 en methaan in de lucht zitten. Er is een direct verband tussen de hoeveelheid broeikasgassen in de atmosfeer en temperatuurstijging. Hoe meer broeikasgassen, hoe warmer het wordt. Sinds de Industriële Revolutie (die rond 1750 begon) zit er veel meer CO2 (45% meer) en methaan in de atmosfeer. Vandaag de dag zitten er meer dan 400 deeltjes CO2 per miljoen deeltjes in de lucht, terwijl 350 deeltjes normaal was.

Wat zijn in Nederland de symptomen van klimaatverandering?
Klimaatverandering heeft enorme gevolgen. Het vervelende is dat de effecten niet direct zichtbaar zijn. We voelen nu pas de gevolgen van ons handelen van tientallen jaren geleden. Dat leidt tot:
• Hittegolven en droogte
• extreme regenbuien, zwaardere stormen en zeespiegelstijging
• Verlies van biodiversiteit (dat is de rijkdom aan dier- en plantensoorten)

Wat kunnen mensen zelf doen tegen klimaatverandering?
Het beste wat mensen in hun eigen omgeving kunnen doen is regenwater afkoppelen van het riool. Het regenwater moet dan op het eigen terrein in de bodem geïnfiltreerd worden. Dit kan door infiltratiekratten, maar ook door opvangen van water in een vijver of dergelijke. Informatie hierover vindt u op www.waterklaar.nl (Deze link gaat naar een andere website).

Belangrijk is ook om ervoor te zorgen dat de tuin zo weinig mogelijk verhard is met tegels. Een stenen omgeving zorgt ervoor dat het warmer is. Beplanting zorgt voor een prettiger klimaat en een betere luchtvochtigheid.

Wat is het probleem met biodiversiteit?
Er komen steeds minder dier- en plantensoorten in Nederland. Dit komt vooral doordat het landschap steeds effectiever is ingericht. De ruimte voor natuur neemt af en er is een toename van verkeer, bedrijventerreinen en woningen. Ook de intensivering van de landbouw en de klimaatverandering speelt een grote rol. Hierdoor is er steeds minder variatie in het landschap.
Soorten houden elkaar in evenwicht en als er steeds minder soorten komen, is de kans groter dat er één soort de overhand gaat nemen. Het wordt dan een plaag. Daarnaast is de afname van insecten ook een heel groot probleem voor de bestuiving van heel veel landbouwgewassen. De voedselvoorziening kan hierdoor in gevaar komen.

Waarom maait de gemeente de bermen bijna niet meer?
De gemeente laat elke 2 jaar een onderzoek uitvoeren naar de soorten in de bermen. De uitkomsten van dit onderzoek bepaalt of een berm één of twee keer per jaar wordt gemaaid. Hiermee willen we bloemrijke planten en kruiden stimuleren en de hoeveelheid grassen terugdringen. Als er meer verschillende soorten planten in de bermen groeien, komen er ook meer insecten en dus ook vogels en andere dieren. Hiermee wordt de biodiversiteit van de bermen groter.

Wat kan ik zelf doen om biodiversiteit te bevorderen?
Als eerste is het belangrijk om goed te begrijpen dat elk dier of elke plant enkele basisdingen nodig heeft om een goed bestaan te hebben:
- Voedsel (genoeg te eten en voldoende variatie in elk seizoen)
- Vocht (water om te drinken en eventueel te badderen)
- Voortplanting (voldoende partners in de omgeving, mogelijkheid tot het maken van een nest of hol)
- Veiligheid (schuilgelegenheid om te ontkomen aan aanvallers het gehele jaar door)

Voor elk dier en elke plant is de behoefte dus net wat anders. Als in een bepaald gebied wordt voldaan aan alle voorwaarden, dan zal de biodiversiteit hoger zijn. Zelf kunt u in uw tuin of balkon kijken hoe u deze voorwaarden kunt toepassen en er zijn heel veel mogelijkheden om hiermee de biodiversiteit te stimuleren:
- Het inzaaien van bloemen (voedsel voor insecten, en insecten zijn voedsel voor vogels)
- een rommelhoekje in de tuin laten liggen (schuilgelegenhuid voor dieren)
- insectenhotel plaatsen (schuil, nest- en overwinteringsgelegenhuid voor insecten)
- plantenbakken met nectarhoudende planten (voedsel voor insecten)
- ophangen van nestkastjes (nestgelegenhuid voor vogels)
- doornenbosjes aanplanten (schuilgelegenheid voor dieren)
- vijvertje, drinkbakje, fonteintje plaatsen (drinkgelegenheid)
- stapel stenen laten liggen (schuilgelegenheid en zonplek voor reptielen)
- voederbollen, zaad (voedsel)